Vergelijkende studie van radiatie van een object door gebruik te maken van een pendulum met en zonder negativiteit

Principal onderzoeker: Dr. Nandini Samant, MBBS, DPM

Studie-code van onderzoek: PEN-01

    • 1. Inleiding

    • 2. Methodologie van het experiment

    •  

    • 3. Observaties

      • 3.1 Toen Mevr. Lola de radiatie deed

      • 3.2 Toen Mevr. Elisabeth de radiatie deed

    • 4. Subtiele analyse gebaseerd op subtiele kennis ontvangen door de zoeker van de sectie van subtiele kennis

    •  

      • 4.1 Aard van vibraties van het object

      •  

      • 4.2 Belang van richting van motie van de pendulum

      •  

      • 4.3 Reden voor de anti-dextrale motie toen Mevr. Elisabeth de radiatie deed

      •  

      • 4.4 Redenen voor de verschillende subjetieve ervaringen van Mevr. Elisabeth

      •  

    • 5. Conclusie

    • 6. Verworven kernpunten van deze experiment

    •  

1. Inleiding

De meerderheid van ons is zich wellicht bewust ervan dat radiatie met een pendulum soms wordt gebruikt om ‘paranormale’ antwoorden te kunnen krijgen op vragen met betrekking tot de locatie van grondwater en mineralen, relaties, investeringen, authenciteit van dingen en zelfs voor het voorspellen van de toekomst. Maar, de preciesheid van de ‘hypothese’ is afhankelijk van een aantal factoren. In deze onderzoek testten we een van deze factoren – of de aanwezigheid of afwezigheid van verontrusting door negatieve energie in de radiatie de juistheid van het antwoord beïnvloedt of niet.

Om deze experiment beter te kunnen begrijpen, lees dan onze artikel ‘Introductie over spirituele onderzoek met een pendulum’.

2. Methodologie van het experiment

Aanvankelijk, vroegen wij een zoeker met een geavanceerde zesde zintuig van onze sectie voor subtiele kennis, Mevr. Anjali Gadgil, om een subtiele analyse te verrichten gebaseerd op subtiele kennis over het object dat dowsed moest worden in deze experiment, en om een record van de bevindingen te noteren. Dit werd gedaan om de basis-lijn van spirituele lezing van het object te bepalen tot welke wij later de resultaten mee zouden gaan vergelijken.

Wij vroegen haar vervolgens om het object in een enveloppe te plaatsen, het dicht te maken en aan ons te geven voor het experiment. Geen van de personen of de objecten welke betrokken waren in het experiment was zich bewust van de inhoud van het gesloten enveloppe. We markeerden de buitenkant van de enveloppe in concentrische cirkels op een afstand van 2 inches (5,08 cms). Dit was om de lezingen van de afstand van de beweging van de pendulum te kunnen noteren.

 

pendulum-board-markings

We vroegen Mevr. Anjali Gadgil vervolgens om een subtiele analyse te doen gebaseerd op subtiele kennis van de twee betrokken subjecten in het experiment. Ze rapporteerde dat het eerste object, Mevr. Lola, geen verontrusting had van negatieve energie, en dat het andere subject, Mevr. Elisabeth, wel verontrusting had van negatieve energie. Mevr. Gadgil was aanwezig gedurende het gehele experiment en deed een subtiele analyse van verschillende belangrijke voorvallen tijdens het experiment. We vroegen toen aan onze eerste subject, Mevr. Lola, om te beginnen met dowsen boven de gesloten enveloppe door de pendulum op een hoogte van 1-2 inches van de enveloppe te houden. We vroegen haar om haar hand te stabiliseren door het te plaatsen op haar gevouwde been.

De opvattingen werden genoteerd.

We vroegen vervolgens onze tweede subject, Mevr. Elisabeth, om hetzelfde dowsing experiment te herhalen op dezelfde gesloten enveloppe door gebruik te maken van dezelfde pendulum. Dezelfde afstand van de gesloten enveloppe werd aangehouden en haar hand werd op dezelfde manier gestabiliseerd.

De bevindingen werden genoteerd. Mevr. Elisabeth deelde ook haar ervaringen gedurende het verloop van de dowsing.

3. Observaties

3.1 Toen Mevr. Lola de radiatie deed

Directie van motie van de pendulum Diameter van motie
Dextraal 41 cm

3.2 Toen Mevr. Elisabeth de radiatie deed

Directie van beweging van de pendulum Diameter van beweging
Anti-dextraal 0.5 cm

Subjectieve ervaring van Mevr. Elisabeth: Toen de gesloten enveloppe voor mij gebracht werd, voelde het net alsof er negatieve energie vanuit mijn lichaam werd vrijgelaten. Ik voelde me geneigd om weg te gaan van de enveloppe. Ik begon me uitgeput te voelen. Nadat ik door bleef gaan met de dowsing, begon ik wat positiviteit in mij te voelen dat naar mij toe kwam vanuit de enveloppe. Toen voelde ik dat ik er goede energie van kreeg en voelde me beter.

4. Subtiele analyse gebaseerd op subtiele kennis ontvangen door de zoeker van de sectie van subtiele kennis

Omdat de plaats, tijd, het object op welke de dowsing werd gedaan en de pendulum welke gebruikt werd voor de dowsing hetzelfde was, werden dezelfde of op zijn minst soortgelijke lezingen verwacht. Maar, we ondervonden tegengestelde lezingen. Omdat er duidelijk geen verklaring was op de tastbare level hiervoor, vroegen we Mevr. Anjali Gadgil daarom om ons te verklaren wat er eigenlijk in de subtiele dimensie gebeurde gebaseerd op haar subtiele analyse uitgevoerd tijdens het verloop van het experiment. Zij legde ons de subtiele redenen uit welke ten grondslag lagen aan de lezingen.

4.1 Aard van vibraties van het object

Mevr. Gadgil verklaarde dat het object in de gesloten enveloppe sterke positieve vibraties uitstraalde. Daarna werd de enveloppe geopend en er was een afbeelding van Sri Krishna in het aanwezig.


 

Sri Krishna is een Deity. Deities zijn een vorm van het God Principe en Hun visuele vorm straalt sterke positieve vibraties uit. Dit is vooral zo als de Deity op een manier gekarakteriseerd is dat aanzienlijk Zijn of Haar werkelijke vorm reflecteert. De afbeelding van Sri Krishna welke in deze experiment werd gebruikt is zo een voorbeeld.

4.2 Belang van richting van motie van de pendulum

Mevr. Gadgil ontsluierde dat dextrale motie van de pendulum indicatief is van positiviteit dat uistraalt van het object dat gedowsed wordt. Anti-dextrale motie is indicatief van negativiteit. Het object straalde sterke positieve vibraties uit. Dus, was Mevr. Lola’s lezing in overeenstemming met de positieve aard van het object; terwijl Mevr. Elisabeth’s lezing tegengesteld was.

4.3 Reden voor de anti-dextrale motie toen Mevr. Elisabeth de radiathese deed

Mevr. Gadgil verklaarde dat de negatieve energie, in een dowser welke verontrusting bevat van negatieve energie, vecht met de afbeelding van de Deity welke positieve vibraties uitstraalt door negatieve vibraties in de richting van de afbeelding uit te stralen. Dat is waarom toen Mevr. Elisabeth aan het dowsen was, de pendulum in de anti-dextrale richting bewoog.

4.4 Redenen voor de verschillende subjetieve ervaringen van Mevr. Elisabeth

  • Toen de gesloten enveloppe voor mij werd gebracht, voelde ik me zo alsof er negatieve energie van mijn lichaam werd vrijgelaten. – Toen Mevr. Elisabeth in de nabijheid van Sri Krishna’s afbeelding kwam om het dowsing experiment uit te voeren, begon de subtiele tovenaar (Mantrik) van de Hel in haar te vechten met de positiviteit dat uitgestraald werd van de afbeelding door negatieve energie uit te stralen. Op dat moment, ervaarde ze de verwijdering van negatieve energie van de mantrik alsof het uit haar lichaam werd vrijgelaten, doordat de mantrik’s bewustzijn zich op de voorgrond bevond en Mevr. Elisabeth’s eigen bewustzijn nam een achtergrondspositie.

  • Ik voelde om weg te gaan van de enveloppe. – Het was de mantrik in Mevr. Elisabeth die zich zo voelde om afstand te nemen van de positiviteit dat van de afbeelding werd uitgestraald. Omdat de mantrik de positiviteit dat vanuit de afbeelding werd uitgestraald niet kon tolereren en zijn zwarte energie in het gevecht verloor, wilde hij weggaan om zichzelf te beschermen tegen uitputting van zijn zwarte energie.

  • Ik begon me uitgeput te voelen. – Nadat het gevecht doorging, was de mantrik’s zwarte energie uitgeput en hij voelde zich dodelijk vermoeid. Mevr. Elisabeth ervaarde deze gevoel van uitputting als haar eigen.

  • Nadat ik doorging met de dowsing begon ik wat positiviteit dat naar mij toekwam vanuit de enveloppe te ervaren. – Met Mevr. Elisabeth’s doorzetting van het maken van contact met Sri Krishna’s afbeelding voor dowsing, raakte de mantrik’s zwarte energie uitgeput in het gevecht. Daarom, nam de versluiering van zwarte energie rondom haar af en vervolgens kon ze de positiviteit dat van de gesloten enveloppe werd uitgestraald tot een bepaalde hoogte ervaren.

  • Toen voelde ik dat ik goede energie verkreeg ervan waardoor ik me beter voelde. – Toen de zwarte energie rondom Mevr. Elisabeth aanzienlijk verminderd was, raakte de mantrik onsluiert. Om zichzelf te beschermen van de verwoesting door de positieve energie van de afbeelding, trok hij zich terug, waardoor Mevr. Elisabeth’s bewustzijn zich op de voorgrond manifesteerde. Daarna kon ze de positieve energie dat van Sri Krishna’s afbeelding werd uitgestraald veel duidelijker ervaren. Na het verkrijgen van de positieve energie van de afbeelding, voelde Mevr. Elisabeth zelf, zich beter.

5. Conclusie

De plausibiliteit van preciesheid is meer als de dowser geen verontrusting heeft van negatieve energie. Dus, is de status van de dowsers met betrekking tot of ze wel of geen verontrusting door negatieve energie hebben een van de bepalende kernfactoren van de juistheid van de lezing verkregen door dowsing door gebruik te maken van een pendulum.

6. Verworven kernpunten van deze experiment

6.1 Belang van dat de radiatie vrij is van verontrusting door negatieve energie

In het geval van een dowser met negatieve energie, is er een hoge kans op interventie door de negatieve entiteit in het dowsing-proces, dat de lezing beinvloedt. Daarom is het belangrijk dat de dowser vrij is van negatieve energie, willen we de input van een dowser in acht nemen in onze proces van het maken van beslissingen.

6.2 Belang van het vermogen van subtiele analyse

Vast kunnen stellen of de dowser vrij is van negatieve energie kan niet gedaan worden op het level van de vijf zintuigen, geest en intellect. Dit kan alleen gedaan worden door subtiele analyse in welke gebruik wordt gemaakt van subtiele kennis.

6.3 Belang van spirituele oefening

  • Het doen van spirituele oefening volgens de zes basis-principes van spirituele oefening helpt om ons zesde zintuig te ontwikkelen, dat ons in staat stelt om subtiele analyses te kunnen doen door gebruik te maken van subtiele kennis. Alleen dan kunnen we zelfstandig constateren of de dowser aangetast is door negatieve energie. Als een zoeker welke spirituele oefening doet vertrouwen ontwikkelt, begeleidt God hem of haar naar een geschikte dowser, zelfs als hij of zij geen geavanceerde zesde zintuig heeft.

  • Vanuit het perspectief van de dowsers, zal het doen van spirituele oefening overeenkomstig de zes basis-principes van spirituele oefening, de juistheid van hun bevindingen vergroten. Bovendien, zullen ze ook enige bescherming verkrijgen tegen objecten/personen/plaatsen welke negatieve energie uitstralen en met welke ze in contact kunnen komen in het verloop van dowsing.

6.4 Belang van Sri Krishna’s afbeelding als spirituele heling ressource

Deze experiment toonde aan dat de positieve energie in Sri Krishna’s afbeelding vocht met de negatieve energie van de mantrik welke Mevr. Elisabeth leed bezorgde, door dit gevecht raakte de zwarte energie in haar dat door de mantrik was opgeslagen uitgeput. De meeste van onze problemen in onze levens, van verschillende fysieke en psychische ziekten tot huwelijks- en financiële problemen, komen door de zwarte energie van de negatieve energieën. Daarom is het contact met afbeeldingen van Deities zoals Sri Krishna een goede spirituele heling ressource, omdat het de zwarte energie van de mantrik uitput. We kunnen constante voordeel van spirituele heling garanderen als we zo een Deity’s afbeelding in onze portefeuille dragen, of door het in een locket te dragen, etc. Het profijt verhoogt veelvoudig, in overeenstemming met onze vertrouwen in de geneeswijze.

Onze sectie voor subtiele kennis deed subtiele analyse van de lezingen van al de experimenten. Hun subtiele analyse toonde aan dat op momenten de onderliggende redenen voor twee soortgelijke lezingen welke door de uitrusting werden aangeboden, diametraal tegengesteld waren. Maar, de moderne wetenschappelijke wereld herkent soortgelijke lezingen als soortgelijke voorvallen. Vanuit dit perspectief, verklaarde de sectie voor subtiele kennis de beperking van wetenschappelijke uitrusting in onderzoek en hun rol in het dagelijkse leven als diagnostische tools. Lees meer hierover in onze artikel ‘Commentaar over de beperkingen van moderne apparatuur welke gebruikt worden in studies voor onderzoek”.